Tiny Rensen over hoe Rensen 40 jaar geleden begon
Foto: Tiny Rensen haalt uit de fotodoos herinneringen op aan 40 jaar Rensen
John Rensen vond dat je als werkgever goed voor je personeel moest zorgen en het frustreerde hem dat zijn werkgever dat niet deed. Bij een nieuw voorval waarbij zijn werkgever wel geld had voor dure tuintegels, maar niet voor een benodigd apparaat voor zijn werknemers, spoorde zijn vrouw Tiny hem aan om voor zichzelf te beginnen. Beiden vonden dat het anders kon. En tot op de dag van vandaag is dat wat Rensen kenmerkt.
John en zijn vrouw Tiny begonnen klein. Echt klein. Op 1 mei 1983 werd een slaapkamer omgebouwd tot kantoor en haalde John met Unox zijn eerste grote klant binnen. “In het begin, als een klant bij John zat, belde ik vanuit de woonkamer naar boven, om de indruk te geven dat we heel druk waren”, lacht Tiny. Al snel was dat niet meer nodig. Steeds meer klanten dienden zich aan en de slaapkamer werd te klein. Het kantoor verhuisde naar de garage en er werd een stuk aangebouwd. Een paar jaar ging dat goed, totdat het bedrijf ook hier uit z’n jasje groeide.
Micromelder
In 1987 bouwden ze een nieuw huis met een kantoor en een werkplaats. De tijd ging verder en John vond de micromelder uit. Daarmee maakte hij definitief naam in de regeltechniek. Als eerste wist hij met de micromelder op afstand een probleem te detecteren, waardoor monteurs sneller en gemakkelijker klanten konden helpen. Niet verwonderlijk dat Rensen Regeltechniek daardoor opnieuw flink groeide. Wederom werd het woonhuis stukje voor stukje ingenomen als kantoor. “Er kwam een tekentafel in de woonkamer te staan en niet veel later een grafeermachine”, vertelt Tiny. “Zelfs onze badkamer gebruikten we als werkplek en op het laatst woonden we in onze slaapkamer. Dat was wel het moment dat we bedachten dat verhuizen misschien geen gek idee was.” Er werd een nieuw bedrijfspand gekocht en dat is waar Rensen nu nog steeds zit.
Bloemen, broodjes en soep
Ze waren jaren verder en hadden inmiddels aardig wat mensen in dienst. Er was veel veranderd, maar niet hun visie over hoe je met personeel zou moeten omgaan. “Ik maakte buffetten bij speciale gelegenheden, we vierden sinterklaas bij ons thuis, we regelden bloemen voor de partner als een werknemer in het weekend extra werkte en de deur stond altijd open. De sfeer moest goed voelen, dat vond ik heel belangrijk”, vertelt Tiny. Dat zeggen ook werknemers van Rensen die met John en Tiny hebben samengewerkt. “Ze hadden geen air en waren altijd heel benaderbaar”, zegt Monique die inmiddels al achtentwintig jaar voor Rensen werkt. “Als je binnenkwam terwijl John iemand aan de telefoon had kon je niet horen of het een monteur was of een directeur. Hij benaderde iedereen op dezelfde manier.” Ook aan Tiny bewaart Monique leuke herinneringen. Zoals de soepjes die Tiny vaak klaarmaakte. “Zij was echt iemand die zorgde voor het personeel.”
Wat John en Tiny ook belangrijk vonden was dat mensen kansen kregen om te groeien, zoals ze zelf ook zijn gegroeid. “John had LTS en ik huishoudschool”, zegt Tiny. “We begonnen met niets, maar kijk wat we uiteindelijk hebben opgebouwd.” John stimuleerde daarom mensen om het beste uit zichzelf te halen. “We zeiden ook nooit dat iets niet kon. Je moet het altijd eerst gewoon doen en proberen.” Tiny glimlacht, “maar als een monteur een probleem niet kon oplossen, stapte John graag in de auto om het zelf op te lossen. En dat lukte ook altijd”, glundert ze.
Trots
Helaas werkte het lichaam van John niet mee en maakten ze de keus om in 2000 Rensen over te dragen. Johan Bouman en hun zoon Twan namen Rensen over en lieten het bedrijf verder groeien. John en Tiny hebben nog genoten van een aantal mooie jaren tot John in 2005 op 58-jarige leeftijd overleed. Ze mist hem nog steeds. Tegelijk is ze trots op wat ze samen hebben bereikt. Maar het is ook andersom. Rensen is blij met John en Tiny die de fundering hebben gelegd voor een prachtig bedrijf dat zich blijft ontwikkelen en groeien.